vrijdag 27 juli 2012

Morgenrood

Het was een kleine, maar onmiskenbare verandering. Toen ik vanmorgen om een uur of half 6 wakker werd, was er morgenrood te zien.

De aankondiging van een weersomslag, die al dagenlang was aangekondigd voor het weekeinde, zat er aan te komen.

Maar eerst stond ons nog een broeierig warme dag te wachten, ook al was het op de fiets naar mijn werk minder warm dan de afgelopen ochtenden. Er stond wat meer wind.
Dat deed me meteen weer denken aan de Olympische Spelen in Londen, die vanavond officiëel geopend worden met een spetterende show, met "The Tempest" van William Shakespeare als uitgangspunt.

Nu heb ik zelf een paar jaar rondgelopen met het idee om naar de Olympische Spelen te gaan. Dichterbij dan Londen zullen ze voorlopig niet komen, hoewel....
De kans, dat het NOC-NSF mij afvaardigd naar dit grootste sportevenement is niet echt groot te noemen, alhoewel ik wel 10 marathons heb uitgelopen.

Het Olympische motto is niet voor niets: "Deelnemen is belangrijker dan winnen!"

Daar ben ik het in dit geval volmondig mee eens. Bovendien, een voor sponsors niet onbelangrijk gegeven: met mijn tijd van net onder de 4 uur ben ik bijna 2 keer zo lang in beeld als de Kenianen en Ethiopiërs!
Beste mensen, ik snap niet goed hoe het kan, maar ik ben niet gevraagd....
Plan B behelsde, dat ik naar Londen zou gaan als supporter en dat zou koppelen aan een fietsvakantie in Good Old England.

Nauwelijks had ik dit voorstel bij Ada in de week gelegd, of de ergste rellen sinds de Tweede Wereldoorlog braken uit in de hoofdstad van Groot-Brittanië. Een paar dagen later konden we in de krant lezen, dat alle treinen naar Londen bijna een jaar van te voren al waren volgeboekt.
Kortom, mijn idee zou heel wat logistieke problemen hebben opgeleverd. We kozen er voor om in plaats van onze Westerburen onze Oosterburen te gaan bezoeken. Onze fietsvakantie gaat naar de Eifel.

zondag 22 juli 2012

De Homo Economicus en de heilige vakantie

Het is weer eens zo ver. In het kader van de “modernisering” van het arbeidsbestel werden in Trouw van zaterdag 21 juli de volgende verslechteringen van de arbeidsvoorwaarden van werknemers voorgesteld. In dit geval zijn de vakantiedagen aan de beurt in een ingezonden brief van hoogleraar culturele economie Arjo Klamer.

Een paar vakantiedagen inleveren zou alle overheidstekorten oplossen. Welnu meneer Klamer, dat inleveren van vakantiedagen is de afgelopen jaren al genoeg gebeurd. Bevrijdingsdag, die we in 1983 als trendvolger ieder jaar vrij kregen in ruil voor 3% korting op ons salaris, is in onze CAO een paar jaar geleden stilletjes verdwenen, net als de “oude lullen-dagen”, die ineens leeftijdsdiscriminatie waren.
In een paar jaar tijd werkt deze 57-jarige ineens 6 dagen meer per jaar, uiteraard zonder dat er meer salaris tegenover staat. En dan zouden we nog meer in moeten leveren, terwijl Nederland met Schotland het land is met het minste aantal verplicht vrije feestdagen in Europa?

Natuurlijk wordt Amerika aangehaald. U weet wel, dat land waar je ’s ochtends op je werk kunt komen om te horen, dat je een uur hebt om je persoonlijke bezittingen te pakken, omdat je bent ontslagen. Het land ook, waar je als werknemer maar 2 weken verlof hebt. Het Eldorado voor de Homo Economicus, die dit ook graag in Nederland ingevoerd ziet worden.
Welnu, we zijn al aardig op weg. Ondanks dat de wetgeving heel helder is over een proeftijd van 3 maanden, wordt deze massaal ontdoken middels tijdelijke contracten van een jaar, die soms ook nog een paar keer met deze termijn verlengd worden.
Nu dit deel van de sociale wetgeving is omzeild, zijn de vakantiedagen aan de beurt. Onder het mom, dat alle werknemers massaal naar verre oorden vertrekken voor decadente vakanties, kunnen deze wel ingeleverd worden ten behoeve van het overheidstekort.

Net alsof mensen de verlofdagen ook niet gebruiken voor vrijwilligerswerk bij sportclubs e.d., voor het opvangen van zieke kinderen of het nalopen van zieke ouders.
Buiten dat, veel werknemers leveren al zeer veel in. De VUT is nagenoeg verdwenen en de AOW gaat binnen afzienbare tijd naar 67 jaar. Voor veel mensen betekent dit in een tijdsbestek van een jaar of 10, dat ze 6 jaar langer een bijdrage mogen leveren aan het op orde brengen van de overheidsfinanciën.
En als extraatje mogen zij dat nog doen met minder verlofdagen. Terwijl tegelijkertijd een steeds groter aantal jongeren niet aan de bak komt. De werkloosheid onder allochtone jongeren bedraagt inmiddels 40%. Zou de discussie niet langzamerhand niet eens mogen gaan over de herverdeling van beschikbare werk?
Verder zitten er nog een paar drogredeneringen in het artikel van Arjo Klamer. De eerste is, dat Nederland 3 tot 4 maanden plat ligt vanwege de vakantiespreiding. Er wordt dan inderdaad wat minder vergaderd, omdat een aantal werknemers afwezig is. Maar om nou te beweren, dat heel Nederland dan plat ligt is vreselijk overdreven. Veel werknemers vinden het trouwens een zegen, als er eens een periode is zonder veel vergaderingen, maar dit terzijde.
Dat de vakantiespreiding inmiddels te ver is doorgeschoten, daar valt wel wat voor te zeggen. Maar vakantieparken e.d. vinden het wel prima, dat ze inmiddels behoorlijk veel weken extra per jaar hogere tarieven kunnen berekenen, omdat het “topseizoen” is.
De tweede drogreden is het reizen naar verre oorden. Een hoogleraar economie, die bewust buiten beeld laat, dat de luchtvaart ten opzichte van andere transportmiddelen indirect zwaar gesubsidieerd wordt, doordat er geen cent accijns zit op kerosine, zit dicht tegen manipulatie aan. Kan meneer Klamer mij uitleggen, waarom er op benzine een hoog bedrag aan accijnzen zit en op kerosine niets?

Want het overheidstekort is ook op deze manier terug te dringen: hef gewoon net zo’n hoog bedrag per liter kerosine als nu op benzine zit. Dan verdwijnen inderdaad decadente zaken als “Een weekeindje New York”. Maar is dat erg?

Mij lijkt dat een heel wat betere weg dan het nog verder uitkleden van de rechten van de werknemers.

zaterdag 21 juli 2012

Overstekende zwanen

Vanmorgen moest ik weer eens werken in filiaal Hoornes/Rijnsoever. Normaal gesproken had ik vrij genomen om naar de begrafenis van Gerhard Rekvelt te gaan, maar dat was uitgesloten. Als roostermaker had ik mezelf als laatste mogelijkheid doorgeschoven naar de Hoornes. We waren door de sleutelhouders heen.

Op weg naar Katwijk reed ik over de Rhijnhofweg, waar ik moest stoppen voor....overstekende zwanen. Een vader, een moeder en een stuk of 7 flink uit de kluiten gewassen kleintjes.

Behalve het prille gezinsgeluk, dat ik niet wilde verstoren, was er nog een reden om te stoppen: zwanen plachten nogal agressief te worden, als je in de buurt van hun kinderen komt....
Het was op de laatste zaterdag voor 2 weken zomersluiting van filiaal Hoornes/Rijnsoever lekker druk. De morgen vloog om.
's Middags maakte ik de w.c.'s nog even schoon voor ik met Ada naar de volkstuin fietste. Voor de verandering mocht ik in plaats van tuinbonen plukken snijbonen afknippen. Na in de kas nog wat water gegoten te hebben, fietste ik naar huis, waar ik me omkleedde voor een blokje van ruim 5 km hardlopen langs de rand van de Stevenshof. Onderweg kwam ik Hans Solleveld tegen, met wie ik in de Leidse IJshal af en toe schaatsles geef aan kinderen.
Thuis gekomen kon ik nog net de 10 best geklasseerde wielrenners van de Tour de France binnen zien komen. Bradley Wiggins won de 53 km lange tijdrit met overmacht. Saai, maar als een Nederlander op deze manier de Tour zou winnen, zou je ons niet horen.....

woensdag 18 juli 2012

"It giet oan!"

"It giet oan!" De gevleugelde uitspraak van Henk Kroes bij de aankondiging van de Elfstedentocht van 1997 ging volledig op bij de start van de Elfstedenroute van Ada en Bert.

Vannacht goot het behoorlijk en om 6 uur kwam er een nieuwe hoosbui. Om half 8 was het even droog, zodat we de tent snel inruimden, er voor wakend, dat we niet in de vele plassen op het doorweekte veld rondom onze tent stapten.

Om half 9 zat alles net op de fiets, toen het gieten weer begon.
Wij moesten nog even naar de receptie van camping Súdermeer om ons in te schrijven en € 16,- te betalen. Van de receptionist kregen we een kop koffie en diverse tips voor de Elfstedenroute, terwijl we in de leeszaal zaten te ontbijten.
Toen het gieten wat minder werd, vertrokken we naar het centrum van Stavoren, waar we langs de Zuiderzeedijk richting Hindeloopen fietsten. We hadden de wind in de rug, maar dat was in weerkundig opzicht het enige pluspunt. De hemelsluizen gingen wagenwijd open.

Waar het 5 maanden terug een komen en gaan van schaatsers was, was het nu uitgestorven. Alleen een flinke kudde schapen graasde op de dijk.
Als verzopen katten reden we Hindeloopen binnen, waar we op zoek gingen naar het Schaatsmuseum.

Op de hoge brug zag ik het huisje staan van de groepsfoto, die op de omslag van "De Elfsteden toch gereden" prijkt.

Bij het 1e Friesche Schaatsmuseum trokken we de natte kleding uit.

Ik schonk een gesigneerd exemplaar van "Molen- en Merentocht" en eentje van "De Elfsteden toch gereden" aan het schaatsmuseum en mijn vermoeden werd bevestigd: dit was het eerste boek over de Elfstedentocht van 2012!

We hoefden geen entree te betalen en kregen koffie en de schaatsdrank bij uitstek, warme chocolademelk, aangeboden door Gauke Bootsma, de oprichter en beheerder van het museum.

Daarnaast is Bootsma ook kunstschilder, die zich bekwaamd heeft in het Hindelooper motief.
Wij liepen likkebaardend tussen al dat moois in het museum. De meest bijzondere spullen waren te vinden, van medailles uit de 19e eeuw tot "skeelers" van voor de Tweede Wereldoorlog.
Er stonden complete machines, waarmee houten schaatsen geproduceerd werden. In de jaren '60 kwam de klad daarin en de ene na de andere fabriek sloot. Gauke Bootsma wilde dit erfgoed veiligstellen en kon tot zijn verbazing de hele inboedel van een fabriek gratis meenemen: "Anders gooien we het toch weg."
De beheerder werd weggeroepen. Rien de Roon, in het verleden een begenadigd marathonschaatser, was gearriveerd. Toen ik een klein half uur later het zeer interessante gedeelte van de Elfstedentocht bekeek, raakte ik met de fabrikant van de Ridero-schaatsen aan de praat. Hij bleek de mede-Vennepers Marcel Pennings en Peter Baars goed te kennen.
De tentoonstelling over de Tocht der Tochten bevatte veel relikwieën, zoals de schaats met de hap eruit, waarmee Evert van Benthem zijn eerste Elfstedentocht won en de afgezette teen van Tinus Udding.
We kochten als souvenir een klerenborstel met Hindelooper motief en een mok met "16e Elfstedentocht 2012"!

Rond het middaguur reden we naar het huisje van de fotograaf van 11 februari.

Bij de andere zijde van zijn prachtig gelegen huis zette hij Ada en mij op de foto. Tevens werden we binnen op thee en een gevulde koek getrakteerd.

Han was bijzonder verguld met de foto van zijn hand op de omslag van "De Elfsteden toch gereden".

Zijn zoon, zijn schoondochter en een kleinkind stonden ook op de foto.
Om 1 uur verlieten we Hindeloopen, na nog wat gedwaald te hebben door dit schilderachtige stadje.

Het was droog, toen we richting Workum reden, maar al vrij snel was er een reden, om de regenbroek maar weer aan te trekken.

In Workum kwamen we langs de plek, waar Jaap de Gorter en ik in 1997 gefilmd zijn voor het Jeugdjournaal.


In Workum was er een toeristenmarkt. Ze verkochten er ook Fryslân-bikini's, maar daar trapte Ada niet in.

Even later trapte Ada met mij naar Parrega, waar we op een bankje in de luwte ons in Workum gekochte brood aten. Zonder regenbroek en jas fietsten we via Tjerkwerd naar Bolsward.

Normaal gesproken is dit de stad, waar je op de helft van de tocht bent, maar daar we in Stavoren gestart waren, ging dat voor ons niet op.
Het centrum van Bolsward is trouwens erg mooi. Op de schaats zie je dit niet, want de gracht naar het centrum van de stad is gedempt.

Bij de bakker namen we cappucinno en chocomel en een taartje met de naam "Zieltje". Ada en ik deelden er een. We zijn immers zielsverwanten.
Er stond een niet bepaald zielige wind, toen we in het zonnetje naar Schettens toe reden om via Wytmarsum, Grauwe Kat en Arum naar Kimswerd te fietsen, waar je je op de hoge walkant moest hijsen bij de Tocht der Tochten.
Op dit traject besloten we, dat Harlingen voor vandaag ons einddoel zou zijn.


We reden langs de Scholengemeenschap Simon Vestdijk, die afkomstig was uit deze havenstad, en passeerden het station, waar we in februari een flink eind moesten klûnen.
De Westerzeedijk was snel gevonden en na de tent opgezet te hebben ging Ada boodschappen doen, terwijl ik ons tijdelijke onderkomen inrichtte. Ondanks de harde wind zaten we redelijk luw achter een rij bomen en struiken op "De Zeehoeve" .
We aten rijst met gemengde groente en gehakt, met vruchtenyoghurt toe.
Tijdens de maaltijd zagen we het weerbeeld van deze zomer voor onze ogen. De camping lag in de zonneschijn met enkele schapenwolken, terwijl er een donkergrijze lucht pal naast hing.
Op het moment, dat ik de vaat deed, stortregende het. "It giet oan!"

Een minuut of 10 later was het weer droog en een kwartier later wandelden Ada en ik op deze startdag van de Elfstedenroute, waarop we 58 km gefietst hadden, naar de Waddenzeedijk. Het zicht was zeer helder. Links kon je de Afsluitdijk zien liggen, schuin rechts de contouren van Terschelling.
In het restaurant van "De Zeehoeve" namen we na de wandeling langs de Waddenzee thee, warme chocolademelk en Grimbergen blond, terwijl Ada verder las in "Tonio" en ik het dagboek bijwerkte.

Jon Lord


Het was zowaar een droge avond in deze vochtige week. Met Hans Boers als chauffeur reed ik Jos Drabbels en Annerieke van der Beek naar het parkeerterrein bij "Scum", waar Andrea Landman en Frank Damen op ons wachtten.
Met zijn zessen liepen we over het strand naar "Huis ter Duin" in Noordwijk, waar we de eerste oefeningen van een reeks deden. Met diverse sprongen beklommen we de houten trappen vanaf het strand tot het terras.
Met de vrij forse wind tegen deden we 2 Steigerungen over 200 meter alvorens we weer richting Katwijk liepen. Om de 500 meter volgde een andere oefening: schaatssprongen, schaatsstappen e.d. Twee oefeningen wil ik speciaal onder de aandacht brengen. De eerste is de duinopgang. Een zware oefening is vanaf het strand in het mulle zand omhoog te sprinten. Je zakt bij iedere pas weer een stukje naar beneden. Als je boven bent, hijg je als een paard, maar ja, daar train je ook voor: om beter van te worden!
Bij de tweede oefening liet ik iedereen een getal onder de 30 zeggen: "Het getal dat je gezegd hebt, is het aantal keren, dat je op mag drukken!"
Annerieke had met 29 de hoofdprijs!
Na de training was er de gebruikelijke evaluatie in het bijgebouw van "Het Wantveld", daar er weer eens een bruiloft aan zee was.

Hen van den Haak kwam onze gelederen versterken op deze rustdag in de Tour de France, waarop bekend was geworden, dat Jon Lord was overleden.
Deze organist van Deep Purple is vooral bekend geworden door het jankende orgelspel op de klassieker "Child in time".

Behalve mede-componist van "Child in time" schreef Lord ook mee aan die andere klassieker: "Smoke on the water".

Maar daar ik een wat muziek aangaat soms wat eigenzinnige voorkeuren heb, is hier het absolute meesterwerk van Jon Lord, het onbekende "Wait a while", hier gezongen door Sam Brown.

In Katwijk zouden ze zeggen: "John Lord is back to the Lord".
En dat klopt: hij maakte hemelse muziek!

donderdag 5 juli 2012

Rouen-Saint-Quentin

Vandaag stond in de Tour de France de etappe Rouen-Saint-Quentin op het programma.

Op het eerste oog een etappe als alle andere etappes, ware het niet, dat ik met mijn vrienden Tim de Beer en Joep Kapiteyn deze etappe al eens gereden heb. In 1976 om precies te zijn. Wij waren onze tijd dus ver vooruit!
In de hete, droge zomer van 1976 maakten we met zijn drieën een trektocht door Normandië, Bretagne en de Ardennen. Onderweg van Bretagne naar de Belgische Ardennen kampeerden we in Rouen en reden de volgende dag naar Saint-Quentin.

Er zat slechts een klein, subtiel verschil tussen 1976 en 2012. Waar de wielrenners zich per aerodynamische fiets verplaatsten, deden wij dat in een oude, niet zo aerodynamische Kever....

De dag ervoor waren we aangekomen in Rouen, in Nederland beter bekend als Rouaan, de stad waar Jeanne d'Arc op de brandstapel stierf.

We hebben de mooie binnenstad bekeken met zijn Gothische kathedraal en het leuke Musee Jeanne d'Arc, waar het leven van deze jong gestorven schutspatroon van Frankrijk is belicht met allerhande voorwerpen en wassen beelden.
Van de reis naar Saint-Quentin, een stad die de Eerste Wereldoorlog niet bepaald ongeschonden is doorgekomen, herinner ik me vooral de glooiende graanvelden. Het was vandaag een vlakke etappe, maar dan hebben we het wel over Frans vlak! Het had meer weg van een rit over de Veluwe.

Maar een van de mooiste anekdotes van deze leuke vakantie wil ik u niet onthouden. De provinciale wegen, waarover we ons verplaatsten met de oude VW Kever, liepen dwars door allerlei dorpen. Tim reed met een vaartje van zo'n 80 km door de bebouwde kom. Ineens kwamen er twee motoragenten, die zich verdekt hadden opgesteld, achter ons aan gereden.
Tim haalde zeer geleidelijk zijn rechtervoet van het gaspedaal, maar kennelijk zonder succes. Een van de motoragenten haalde ons in en de andere bleef achter ons rijden. Deze drie studenten zagen hun vakantiegeld al geminimaliseerd worden.

Tot onze stomme verbazing kregen we geen stopteken. We reden inmiddels 50 km, precies zoals het hoort.
Met ons escorte reden we de bebouwde kom uit en de tweede motoragent haalde ons ook in. De voorste gendarme gaf gas en even later volgde de achterste zijn voorbeeld. Deze brave snuiter was echter vergeten de klep van zijn tas dicht te doen en naarmate de snelheid hoger werd, ging deze klep door de wind meer klepperen.
Tenslotte ging de klep helemaal omhoog en door een soort vacuüm werd een landkaart omhoog gezogen. Deze vloog uit de tas en achter de motoragent vouwde de landkaart helemaal open om als een soort vlieger zonder touw over de weg te fladderen. De kaart danste door de lucht.

De volgende kilometers verdwenen, tot onze grote vreugde, zo één voor één de wegenkaarten uit de tas van deze gendarme.

Mocht u in Frankrijk een agent tegenkomen, die de weg volledig kwijt is....

zondag 1 juli 2012

Triple C

Gisteren won España voor de derde maal op rij een groot kampioenschap. Een unieke trilogie. Waar Spanje economisch in de buurt van de Triple C zit, hebben ze die status bij het voetal nu al: Triple Campeone!
Ik heb gisteren genoten van de voetbalshow van de Spanjaarden en het hoeft geen verbazing te wekken, dat ik voor Spanje was.

Maar met een Spaanse schone in huis is dat niet zo moeilijk.
Waar ik 2 jaar geleden gedroomd had, dat Nederland in de finale zou verliezen van Spanje, bleef nu zo'n droom afwezig.

Nou, dat heb ik geweten. Op mijn werk ben ik met de toto ver in de achterhoede geëindigd, uitgaande van de finale Nederland-Spanje, met Nederland als Europees kampioen.
Bij mijn vrienden had ik ingezet op Duitsland-Engeland als finale. Kansloos. Ik moet mijn hoofd deemoedig buigen voor Joep Kapiteijn, die Spanje-Duitsland als finale had. Zelfs een Feyenoordfan heeft kennelijk meer verstand van voetbal....
De afgang van het Nederlands voetbal kan niet beter geïllustreerd worden.

Maar er gloort hoop. Vannacht heb ik gedroomd, dat Nederland Spanje met 2-1 klopte na eerst achter gekomen te zijn.

Ik weet het, in dromen worden vaak indrukken van de afgelopen dag of dagen verwerkt, maar u weet bij deze al wat mijn inzet zal zijn bij het Wereldkampioenschap voetbal in 2014 in Brazilië.

Maar laat Nederland zich eerst maar plaatsen!

Met zachte hand

Vanmiddag hebben Ada en ik in de volkstuin van Siebe en Ana gewerkt. Siebe moest vanochtend vroeg weg voor een wielerwedstrijd in de omgeving van Lichtenvoorde. Ana is afgelopen dinsdag terug gevlogen naar Bilbao om de maand juli bij haar familie en vrienden in Asturias door te brengen.

Zodoende mochten wij op deze wisselend bewolkte dag de taak op ons nemen om de planten in de kas water te geven, het onkruid te wieden en om te oogsten, wat we niet gezaaid hadden. Om half 3 was ik op de tuin voor het grove werk, terwijl Ada haar groene vingers aan het werk zette.

Om 5 uur zat ik op de fiets naar huis, zodat ik de finish van de eerste etappe van de Tour de France kon zien. Een prachtig slot met een lastige klim in de laatste kilometers, die gewonnen werd door Peter Sagan.

Met nog 4 renners in de Top-20 haalt "Molen- en Merentocht" een behoorlijke score in de Tour de Kans.
Dat is leuk, maar het meest bijzondere was toch een ouderwetse droom. Vannacht droomde ik, dat ik door Ada met zachte hand door het leven geleid werd.

Net zoals ik twee jaar geleden gedroomd had, dat Nederland in de finale van Spanje zou verliezen, valt ook dit keer niets tegen deze droom in te brengen!

Een zachte hand met groene vingers....